Heritage Hops

Henri Reuchlin interviewde Carel van Hollands Hophuis voor Brouw! Magazine over onze Heritage Hops.

Carel Krol is bezeten van hop, en dan vooral van Europese hop. Vandaar dat hij zich met zijn Hollands Hophuis uitsluitend toe legt op hop uit ons continent. “Vergeet niet dat Europa de bakermat gehopte bier is”, zegt hij. “Soms laten we ons wat meevoeren door al die moderne hopvariëteiten, terwijl er nog zoveel te ontdekken is in Europa zelf. Het barst van de vergeten pareltjes.”

Door Henri Reuchlin

Vandaar dat Hollands Hophuis dit jaar Heritage Hops lanceert. Dat zijn hopvariëteiten die vroeger gebruikt werden in bier, maar die inmiddels niet meer geteeld worden. “Wij willen die variëteiten terugbrengen omdat ze écht iets toe kunnen voegen aan een bier. We hebben ontdekt dat bij heel veel oude hopfarms nog oude vergeten variëteiten groeien in een hoekje van de tuin. Vaak heeft vader of grootvader die bewaard uit nostalgie of om misschien ooit nog eens iets mee te doen. Die verweesde hopplanten trokken onze aandacht”, vertelt Carel. Die oude variëteiten zijn verdrongen doordat er nieuwe soorten kwamen die een hogere opbrengst hadden, of resistenter waren tegen ziekten. “Een voorbeeld is de Groene Bel uit België. Die had een opbrengst van zo’n 850 kg per hectare. Toen de abt van Affligem Hallertauer meenam uit z’n geboorteland, bleek de opbrengst daarvan zo maar de helft meer te zijn. De keuze voor de teler is dan eenvoudig: Groene Bel eruit en Hallertauer erin.” Maar inmiddels is er veel meer aandacht gekomen voor het aroma van verschillende hopvariëteiten.

(Tekst gaat verder onder de afbeelding)

Databank

“We zoeken in heel Europa naar die oude variëteiten. We schuiven mee aan tafel en bespreken met de vader en grootvader van onze huidige telers hoe zij het vroeger aanpakten. Je hoort dan de mooiste verhalen. Zo waren we bij een hopboer in Polen. Daar is in de Tweede Wereldoorlog op een vreselijke manier huisgehouden. Om hun groene goud te beschermen tegen de tactiek van de verschroeide aarde, plantten hoptelers enkele stekjes in het bos in de hoop dat ze zouden overleven en dat ze weer teruggehaald konden worden op het moment dat het beter zou zijn. Zo is op een bijzondere manier een soort van databank ontstaan van oude hopvariëteiten. De oudste generatie weet nog waar die planten staan en ook welke variëteit het betreft. Het zijn variëteiten die passen bij de grond en het klimaat van de regio.”

Hollands Hophuis stimuleert telers om die oude variëteiten weer aan te bouwen, waarbij zij de afzet van de hop garandeert. “Let wel, het blijft een zijproject voor de telers. Het werkt alleen met vakidioten, want het is niet echt economisch, het is ook een deel van de cultuur. Maar die vakidioten zijn wel de telers waar wij graag mee samenwerken. Het is spannend: welke variëteiten slaan aan en welke niet? De landbouwkundige kennis is inmiddels zo toegenomen dat het ook lukt om oude variëteiten gezond aan te bouwen.”

(Tekst gaat verder onder de afbeelding)

Nederland

Echt Nederlandse variëteiten zijn er (nog) niet. “De Nederlandse telers namen het van oudsher niet zo nauw met de kwaliteit. Zij waren vooral gedreven door de opbrengst. Om die te verhogen versneden ze de hop met blad en stengels, of erger nog met stenen, om zo het gewicht per baal te verhogen. De kwaliteit van de hop was navenant slecht en de hopteelt in Nederland stierf uit, zelfs voordat het denken over verschillende hopvariëteiten opgang vond”, vertelt Carel. Hopteelt concentreerde zich in bekende gebieden in Engeland, België, Duitsland en Tsjechië, maar bijvoorbeeld ook in Polen, Servië en Oostenrijk.

“Met ons project van heritage hoppen willen we het bierverhaal verrijken. Je kunt immers niet over bier praten zonder stil te staan bij de grondstoffen. We werken samen met gepassioneerde brouwers die graag aanhaken bij dit verhaal. Dat zijn brouwers die kritisch nadenken over de kwaliteit van hun hop en vooral hun hopstrategie. Dat past bij onze doelstelling als Hollands Hophuis”, vat Carel z’n visie samen.

Met dank aan Brouw Magazine. Dit artikel verscheen in nummer 17, te bestellen op de website van Brouw Magazine.

Vorige
Vorige

Wilhelmus van Elixir

Volgende
Volgende

Sorachi & Ace